0.2  Coördinaten >
1
a

Bij x = 4 hoort y = 3 ;
Bij x = 7 hoort y = 4 1 2 .

b

Bij y = 2 hoort x = 2 ;
Bij y = 6 hoort x = 10 .

c

Bij x = 100 hoort y = 51 .

d

Bij y = 100 hoort x = 198 .

e

Je moet x halveren en er daarna 1 bij optellen; y = 1 2 x + 1 .

2
a

p

0

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

q

5

4 1 2

4

3 1 2

3

2 1 2

2

1 1 2

1

1 2

0

b
3
a
b

-

c

Bijvoorbeeld:

  • Veelhoekslijn[(2,4),(2,2),(1,2),(1,4),(3,5),(2,5),
    (1,6),(1,8),(3,9),(1,11),(1,12),(2,12),(3,10),
    (4,10),(5,12),(6,12),(6,11),(4,9),(6,8),(6,6),(5,5),
    (4,5),(6,4),(6,2),(5,2),(5,4)]

  • Veelhoekslijn[(1,2),(2,1),(0,0),(3,0),(3,1),(4,1),
    (4,0),(7,0),(5,1),(6,2)]

  • Veelhoekslijn[(2,7),(2,8),(3,8),(3,7),(2,7)]

  • Veelhoekslijn[(4,7),(4,8),(5,8),(5,7),(4,7)]

  • Veelhoekslijn[(6,3),(7,3),(7,2),(6,2)]

  • Lijnstuk[(3,6),(4,6)]

d

-

4
a

P ( 0,1 ) en Q ( 2 1 2 ,0 )

b

M ( 5,3 1 2 )

c

S ( 4,3 )

d

E ( 20,11 )

e

F ( 10,15 )

5
a
b

Parallellogram

c

Zie figuur: S ( 4,3 )

d

A ( 1,2 ) : x + 5 y = 1 + 5 2 = 1 + 10 = 11 klopt;
B ( 6,1 ) : x + 5 y = 6 + 5 1 = 6 + 5 = 11 klopt;

e

Snijpunt x -as: y = 0 invullen geeft x + 5 0 = 11 x = 11 , dus coördinaten ( 11,0 ) ;
Snijpunt y -as: x = 0 invullen geeft 0 + 5 y = 11 5 y = 11 y = 11 5 = 2 1 5 , dus coördinaten ( 0,2 1 5 )

6
a

1 dollar is 1 1,0927 0,915164... euro, dus 100 dollar is 100 × 1 1,0927 91,5164... euro, ofwel afgerond 91,52

b

bedrag ($)

0

20

40

60

80

100

bedrag (€)

0

18,30

36,61

54,91

73,21

91,52

c
figuur opgave 20
d

D = 1,0927 E of E = D : 1,0927 = D 1,0927

e

d = 1000 × 1,0927 = 1092,70

f

e = 1000 1,0927 915,16

7
a

Zie figuur.

b

1940: 8,8 miljoen; 1975: 13,4 miljoen

c

Het jaar 1940 zit dicht bij 1945, dus die schatting zal betrouwbaarder zijn dan de schatting voor 1975 dat ergens tussen 1960 en 1985 zit.

d

Schatting (lijn doortrekken): 17,3 miljoen (of 17,2 miljoen, want lijkt afnemend stijgend te zijn);
Werkelijk: 16,9 miljoen.

8
a
b

Opgebrand na ruim 150 minuten;
Oorspronkelijke lengte: ongeveer 38 cm.

c

In ( 72 44 = ) 28 minuten wordt de kaars 7 cm korter, dus per minuut wordt de kaars 7 28 = 1 4 cm korter (of 2,5 mm).

d

Per minuut 1 4 cm korter en hij is nog 20 cm, dus dat is nog 80 minuten. Dus de kaars is na 72 + 80 = 152 minuten opgebrand.

e

Na 44 minuten is 44 × 1 4 = 11 cm kaars opgebrand, dus de kaars was in het begin 27 + 11 = 38 cm lang.

9
a
b

2 dagen: 14,1 km; 4 dagen: 20 km; 6 dagen: 24,5 km

c

Lijn in de grafiek doortrekken; zie figuur bij vraag a; schatting 32 km

d

tijd (dagen)

1

2

3

4

5

6

7

straal (km)

10,0

14,1

17,3

20

22,4

24,5

26,5

opp. (km2)

314

625

940

1257

1576

1886

2206

e

Er komt telkens (ongeveer) 314 (km2) bij, dus na 10 dagen is de oppervlakte 2206 + 3 × 314 = 3148  km2;
De straal is dan 3148 π 31,7  km.

10
a
  • Grafiek 1 hoort bij vaas C, want de waterhoogte neemt gelijkmatig toe. Dat kan alleen als de vaas even breed blijft.

  • Grafiek 2 hoort bij geen enkele vaas, want de waterhoogte is toenemend stijgend en daarna afnemend stijgend. Dus moet de vaas onderaan breed zijn en dan smaller worden en dan later weer breder worden. Zo'n vaas is er niet bij.

  • Grafiek 3 hoort bij vaas A, want de waterhoogte is afnemend stijgend. Dus moet de vaas van onderaan smal naar steeds breder lopen.

  • Grafiek 4 hoort bij vaas B, want de waterhoogte is toenemend stijgend. Dus moet de vaas van onderaan breed naar steeds smaller lopen.

b

Zie hieronder de grafiek bij vaas D.

c

Zie figuur.

11
a

Bijvoorbeeld ( 0,0 ) , ( 3,3 ) , ( 6,6 ) , ( 10,10 ) , ( 25,25 ) ;
Verband: de eerste en tweede coördinaat zijn gelijk;
Formule: y = x .

b

Bijvoorbeeld ( 4,0 ) , ( 7,6 ) , ( 8,8 ) , ( 10,12 ) , ( 20,32 )

c

Snijpunt ( 8,8 )

d

Nee, want voor de punten op de lijn door C en D geldt dat de tweede coördinaat 8 minder is dan het dubbele van de eerste coördinaat
(formule: y = 2 x 8 );
bij x = 50 hoort dan y = 2 × 50 8 = 92 en dus niet 94 .

e

M ( 3 1 2 ,3 1 2 ) , N ( 5 1 2 ,3 )

f

Eerste mogelijkheid: ( 7,1 ) en ( 8,3 ) ;
Tweede mogelijkheid: ( 3,3 ) en ( 4,5 ) .