Van de meisjes hebben 40% een baan, van de jongens 18,75%. Ja dus.
Van kinderen met beide ouders in NL geboren doet 72% aan sport, van de anderen ook. Beide groepen doen evenveel aan sport.
Niet beide ouders in NL geboren:
euro
Wel beide ouders in NL geboren:
euro
Nee.
Van de leerlingen met exacte belangstelling doet 20% aan denksport.
Van de leerlingen met een andere belangstelling doet 33% aan denksport.
Dit wijst op een verband tussen niet-exacte belangstelling en het doen van
een denksport!
De som in de kolom "vakgebied"
Je kunt daarmee het gemiddelde zakgeld berekenen: euro.
Alleen een leerling die aan een denksport doet en bovendien een eigen computer heeft, levert als product . De anderen geven , of . Door de uitkomsten op te tellen, krijg je het aantal keer , dus het aantal leerlingen die zowel aan denksport doen als een eigen computer hebben.
6
Ze trekt de kolom
"geslacht"
van 1 af en vermenigvuldigt de uitkomst met de kolom
"baantje"
. De som van de producten is het gevraagde aantal.
of
Ze vermenigvuldigt de kolommen
"geslacht"
en
"baantje"
,
telt de resultaten op en trekt de som van het totaal af van de kolom
"baantje"
.
Jonge mensen hebben weinig ziekteverzuim. Mensen boven de 60 ook.
?
Door D en E van C af te trekken.
0, want elk doelpunt wordt één keer "voor" en één keer "tegen" geteld.
Tel alle
"voor"
doelpunten op: 956.
Dit gedeeld door
wedstrijden,
geeft gemiddeld 1,56 doelpunt per wedstrijd.
De som van kolom E is 134. Dit gedeeld door 2 geeft 67 gelijke spelen.
Als een ploeg zelf veel scoort, krijgt ze weinig tegendoelpunten.
Als een ploeg zelf weinig scoort, krijgt ze veel tegendoelpunten
Het is tussen 1981 en 2000 8 keer voorgekomen dat de temperatuur in De Bilt tussen 1:00 en 2:00 uur lag tussen -11 en -10,1 .
In de 20 jaar zijn er 15 keer 365 dagen en 5 keer 366 dagen.
Ook 3705
keer
9-9,9 ; die kwam 9767 keer voor
54
-16 -12,1 ; 20:01 24:00
Tel op:
Warmer dan 20 : tel op:
.
Dit gedeeld door 175.320 is 0,0686...
Dus 6,86%.
Kouder dan : tel op:
.
Dit gedeeld door 175320 is 0,00512...
Dus 0,51%.
Tel de getallen in de rijen op. Vermenigvuldig de sommen met , dus met -18 t/m 34. Tel alle resultaten op en deel door .
Nagenoeg. De kleinere tabel geeft als gemiddelde 10,03835 , de grote tabel geeft als gemiddelde 10,02927 .