21.3  De oppervlakte van een driehoek >
1
a

...

b

20  cm2 en 15  cm2

2
a
b

oppervlakte van een parallellogram = 6  cm2 en
oppervlakte van een driehoek = 3  cm2

3

1 2 5 3 = 7 1 2  cm2

4
a

1 2 12 8 = 48

b

De oppervlakte is ook 1 2 10 A C .
Dus 10 A C = 96 , dus A C = 9,6 .

5
a
b

Zie opgave a.