De ribben van de kubus zijn . Een ribbenkruipertje loopt van naar . In ziet hij ribbe onder een hoek van ; dat wil zeggen dat . Zie linker plaatje.
Bereken onder welke hoek (in graden nauwkeurig) hij ribbe ziet als hij in gekomen is. (Middelste plaatje.)
Bereken ook onder welke hoek (in graden nauwkeurig) hij ribbe ziet als hij in (het midden van ) is. (Rechter plaatje.)
Vanuit vervolgt het ribbenkruipertje zijn weg in de richting van . is het punt halverwege en .
Bereken onder welke hoek (in graden nauwkeurig) hij ribbe ziet als hij in is.
Een zendmast is op een hoogte van m met drie kabels vastgezet. De kabels maken hoeken van met de grond.
Bereken de lengte van zo’n kabel.
Hoe ver van de voet zijn de kabels in de grond bevestigd?
Een regelmatige vierzijdige piramide is hoog en het grondvlak is bij .
Bereken de hoek die een opstaande ribbe met het grondvlak maakt in graden nauwkeurig.
Het vakantiehuisje heb je ook in hoofdstuk 17 Pythagoras gezien.
Het is m hoog, m breed en m lang. De vier gevels zijn gelijkbenige driehoeken. Het dak bestaat uit acht rechthoekige
dakpunten.
Bereken de hoeken in een gevel.
Bereken de hoeken in een rechthoekig dakvlak.
Bereken de hoek die een kilgoot met de grond maakt. (De kilgoot loopt van een hoekpunt van het vierkante grondvlak naar het punt waar de acht dakvlakken samen komen.)
In het vierkantenrooster is een driehoek getekend.
De vierkantjes zijn bij .
Bereken de zijden van de driehoek exact (dus laat eventueel wortels in je antwoord staan).
Ga na dat driehoek rechthoekig is.
(Gebruik de omgekeerde stelling van Pythagoras.)
De stand waarin driehoek getekend is, is wat ongebruikelijk.
We willen sin(β) bepalen.
Vanuit hoek gezien is de overstaande rechthoekszijde en de schuine zijde, dus
sin(β).
Bepaal zo ook cos(β) en tan(β).
Bepaal sin(γ), cos(γ) en tan(γ).
Bereken met je rekenmachine β en γ.
Wat valt je op als je sin(β), cos(β) en tan(β) met sin(γ), cos(γ) en tan(γ) vergelijkt?
Kun je dit verklaren?
In het vierkantenrooster is een driehoek getekend.
De vierkantjes zijn 1 bij 1.
Bereken de zijden van de driehoek exact (dus laat eventueel wortels in je antwoord staan).
Je kunt zo zien dat driehoek niet rechthoekig is. Er is dus ook geen schuine of rechthoekszijde in die driehoek.
Toch kun je α wel berekenen.
Bereken α in graden nauwkeurig.
Kijk in de driehoeken en waarbij het roosterpunt is, recht onder zodat hoek recht is.
De stoeltjes van een draaimolen hangen aan stangen. In rust hangt een stoeltje dm van de grond en de stang maakt dan een hoek van met de arm waaraan het hangt. Als de molen begint te draaien gaan de stoeltjes omhoog en komen verder van de as.
Bereken de hoek α die de stang met de arm maakt als het stoeltje dm van de grond is, zoals in het tweede plaatje getekend is.