amplitude = $1$; evenwichtswaarde = $0$; periode = $\text{π}$

hoogte = $\sin (\mathrm{2,4})\approx \mathrm{0,675}$; $\text{hoogte}(t)=\sin (2t)$

wijdte = $\cos (\mathrm{2,4})\approx \mathrm{‐}\mathrm{0,737}$; $\text{wijdte}(t)=\cos (2t)$

amplitude = $1$; evenwichtswaarde = $0$; periode = $\text{2π}$

hoogte = $\sin (\mathrm{‐}\mathrm{1,2})\approx \mathrm{‐}\mathrm{0,932}$; $\text{hoogte}(t)=\sin (\mathrm{‐}t)$

wijdte = $\cos (\mathrm{‐}\mathrm{1,2})\approx \mathrm{0,362}$; $\text{wijdte}(t)=\cos (‐t)$

amplitude = $1$; evenwichtswaarde = $0$; periode = $\text{2π}$

hoogte = $\sin (\mathrm{0,2})\approx \mathrm{0,199}$; $\text{hoogte}(t)=\sin (t-1)$

wijdte = $\cos (\mathrm{0,2})\approx \mathrm{0,980}$; $\text{wijdte}(t)=\cos (t-1)$

amplitude = $2$; evenwichtswaarde = $0$; periode = $\text{2π}$

hoogte = $2\sin (\mathrm{1,2})\approx \mathrm{1,864}$; $\text{hoogte}(t)=2\sin (t)$

wijdte = $2\cos (\mathrm{1,2})\approx \mathrm{0,725}$; $\text{wijdte}(t)=2\cos (t)$

amplitude = $1$; evenwichtswaarde: $3$ (bij hoogte) en $2$ (bij wijdte); periode = $\text{2π}$

hoogte = $3+\sin (\mathrm{1,2})\approx \mathrm{3,932}$; $\text{hoogte}(t)=3+\sin (t)$

wijdte = $2+\cos (\mathrm{1,2})\approx \mathrm{2,362}$; $\text{wijdte}(t)=2+\cos (t)$

$\text{π}$, $\frac{1}{2}\text{π}$, $\frac{1}{4}\text{π}$ en $\frac{1}{10}\text{π}$

$2\text{π}$, $\text{π}$, $\frac{1}{2}\text{π}$ en $\frac{1}{5}\text{π}$

$b=3$ en periode = $\frac{2}{3}\text{π}$;
$b=\frac{1}{3}$ en periode = $6\text{π}$

periode = $4\text{π}$

$\frac{2}{11}\text{π}$, $8\text{π}$, $\frac{8}{11}\text{π}$

periode = $2$

periode $1$: $y=\sin (2\text{π}x)$;
periode $\frac{1}{2}$: $y=\sin (4\text{π}x)$;
periode $7$: $y=\sin (\frac{2\text{π}}{7}x)$;
periode $p$: $y=\sin (\frac{2\text{π}}{p}x)$.

periode = $\text{π}$; amplitude = $4$; evenwichtswaarde = $\mathrm{‐}1$

-

periode = $4\text{π}$; amplitude = $2$; evenwichtswaarde = $3$

-

$\mathrm{...,}\mathrm{‐}6\text{π},\mathrm{‐}2\text{π},2\text{π},6\text{π},10\text{π},\mathrm{...}$
ofwel: $x=2\text{π}+k\cdot 4\text{π}$ ($k$ geheel)

$y=1+1\frac{1}{2}\sin (\frac{1}{2}\text{π}x)$ of $y=1-1\frac{1}{2}\sin (\frac{1}{2}\text{π}x)$

De periode is $\frac{4}{3}\text{π}$, dus $c=\frac{2\text{π}}{\frac{4}{3}\text{π}}=1\frac{1}{2}$ $\to$ $y=\mathrm{‐}\frac{1}{2}+\frac{1}{2}\sin (1\frac{1}{2}x)$

Alleen de 'startrichting' is anders, dus $y=\mathrm{‐}\frac{1}{2}-\frac{1}{2}\sin (1\frac{1}{2}x)$

$y=1+1\frac{1}{2}\cos (\frac{1}{2}\text{π}x)$ of $y=1-1\frac{1}{2}\cos (\frac{1}{2}\text{π}x)$

De periode is $4\text{π}$, dus $c=\frac{2\text{π}}{4\text{π}}=\frac{1}{2}$ $\to$ $y=1\frac{1}{2}+1\frac{1}{2}\cos (\frac{1}{2}x)$

Alleen de 'startrichting' is anders, dus $y=1\frac{1}{2}-1\frac{1}{2}\cos (\frac{1}{2}x)$

$t=6$

$t=101$

$1$ naar rechts schuiven

-

rechts

$x=\frac{1}{2}\text{π}+\mathrm{3,}x=2\frac{1}{2}\text{π}+\mathrm{3,}x=4\frac{1}{2}\text{π}+3$, enz.

De grafiek wordt verticaal $p$ omhoog geschoven.

De grafiek wordt in verticale richting (ten opzichte van de $x$-as) met factor $p$ vermenigvuldigd (dus opgerekt als $\left|p\right|>1$ en ingedrukt als $\left|p\right|<1$).

De grafiek wordt in horizontale richting (ten opzichte van de $y$-as) met factor $\frac{1}{p}$ vermenigvuldigd (dus opgerekt als $\left|p\right|<1$ en ingedrukt als $\left|p\right|>1$).

De grafiek wordt horizontaal $p$ naar rechts geschoven.