9.3  Schatten van gemiddelden >
1
a

[ 4,36 ; 4,44 ]

b

[ 10,82 ; 11,18 ]

2
a

140 euro

b

[ 131,51 ; 148,49 ]

3

Het 95 % -betrouwbaarheidsinterval is [ 246,25 ; 253,75 ] , dus 266 ligt er niet in.

4
a

Onderbouwklassen in het basisonderwijs in Nederland.

b

[ 23,03 ; 24,37 ]

c

[ 20,17 ; 21,63 ] , de intervallen overlappen niet.

d

De grenzen van het 95 % -betrouwbaarheidsinterval zijn X ¯ 0,05 en X ¯ + 0,05 . Dus: 2 S n = 0,05 , met S = 4 . Dit geeft n = 25.600 . Conclusie: de steekproefomvang moet minstens 25.600 zijn.

e

Ministerie van Onderwijs; Centraal Bureau voor de Statistiek.

5

Soort A: [ 598,21 ; 601,79 ] ; Soort B: [ 1147,11 ; 1152,89 ] .