In het hoofdstuk
Rekenen aan lijnen
hebben we gezien dat het inproduct een zeer bruikbaar instrument is. Dat zullen we
in de loop van deze paragraaf ook in de ruimte introduceren.
We hebben het inproduct onder andere gebruikt om de hoek tussen lijnen te berekenen.
Eerst zullen we afspreken wat we met de hoek tussen twee lijnen in de ruimte bedoelen.
In het tweedimensionale vlak (het platte vlak) heb je twee mogelijkheden voor de onderlinge ligging van twee verschillende lijnen:
ze snijden elkaar,
ze zijn evenwijdig.
Als twee lijnen elkaar snijden, heb je vier hoeken. Als de
lijnen loodrecht op elkaar staan, zijn de vier hoeken even
groot, namelijk . Als ze niet loodrecht op elkaar staan,
heb je twee even grote stompe hoeken en twee even
grote scherpe hoeken. Met de hoek tussen de twee lijnen
bedoelen we de grootte van een van de scherpe hoeken.
In de driedimensionale ruimte heb je ook nog een derde
mogelijkheid voor de onderlinge ligging van twee lijnen:
ze kruisen elkaar.
Eeen voorbeeld hiervan heb je gezien in opgave 9b.
Bekijk kubus hiernaast. is het midden van ribbe .
Zeg van elk van de volgende lijnenparen of ze elkaar
snijden, evenwijdig zijn of elkaar kruisen.
en ,
en ,
en ,
en .
Als twee lijnen elkaar kruisen, is er geen vlak te vinden
waar beide lijnen in liggen.
Zie de figuur bij opgave 10: we zeggen dat de lijnen en loodrecht op elkaar
staan, hoewel ze elkaar niet snijden.
Definitie
Met de hoek van twee (kruisende) lijnen bedoelen we
de hoek die ze met elkaar maken als je (een van)
beide evenwijdig verschuift, totdat ze elkaar snijden.
Je kunt lijn evenwijdig verschuiven tot lijn . Lijn snijdt lijn loodrecht. Dus de lijnen en staan loodrecht op elkaar.
Zie de figuur bij opgave 10.
Geef twee lijnen die lijn loodrecht kruisen.
Teken op het werkblad de hoek tussen de volgende lijnen en bepaal hun grootte in graden nauwkeurig en als het kan exact.
en lijn ,
en lijn
,
en lijn .
Bekijk het blok hiernaast. We kiezen een assenstelsel in de ruimte. Dat doen we zoals gebruikelijk. ligt op de -as ligt, op de -as en op de -as.
Wat is de lengte van als de ribben van het blok lengte , en in de -, - en -richting hebben?
Wat is de lengte van als de ribben van het blok lengte , en hebben?
Geef de kentallen van de vector .
Wat is zijn lengte?
Als , dan is
de lengte van , voor alle
, en .
De lengte van een vector noteren we als .
Zie ook hoofdstuk 17 van Vwo2 de paragraaf
De ruimte in
Gegeven zijn de punten en .
Geef de kentallen van en bereken exact.
en .
Geef de kentallen van en .
Als en , dan en .
Analoog aan wat we in twee dimensies gedaan hebben (zie
De kracht van vectoren
)
definiëren we het inproduct.
Het inproduct en
is:
.
We noteren het inproduct van en
als: .
Er geldt: ,waarbij
de hoek is tussen de vectoren en .
Het bewijs volgt direct uit de cosinusregel, net zoals in twee dimensies, zie het
hoofdstuk
Rekenen aan lijnen
van Vwo5.
De hoek tussen de lijn met pv en de lijn met pv
kun je als volgt in graden nauwkeurig berekenen.
Richtingsvectoren van de lijnen zijn: en
.
Als de hoek tussen die richtinsvectoren is, dan
;
en
, dus
, dus .
De hoek tussen de lijnen is dan
.
In opgave 11b heb je de hoek tussen de lijnenparen
en , en en en berekend.
Doe dat nog eens met het inproduct, zoals in het voorbeeld.
is een kubus met ribben van lengte , zie figuur.
Laat met behulp van het inproduct zien dat de lijnen en loodrecht op elkaar staan.
is een punt ribbe , dus heeft coördinaten , voor zekere waarde van tussen en .
Bereken als gegeven is dat loodrecht op staat.
Bereken als en loodrecht op elkaar staan.
Geef vier vectoren met verschillende richting die loodrecht op lijn staan.
Het bouwsel in de figuur kun je je voorstellen als een recht driezijdig prisma met
grondvlak
waarvan een stuk 'afgezaagd' is. Het zaagvlak is driehoek
.
Er is een assenstelsel aangebracht zó, dat
,
,
,
,
en
.
Bereken de inhoud van het bouwsel exact.
Op lijnstuk ligt een punt zó, dat de lijnen en loodrecht op elkaar staan.
Bereken de coördinaten exact.