Het volgende hebben we al eerder gezien.
Een punt dat gelijke afstand tot twee snijdende lijnen heeft, ligt op een bissectrice van de twee lijnen.
We bewijzen bovenstaande.
In de figuur ligt even ver van de lijnen
en . Die lijnen snijden elkkaar in
. De projectie van op
is en de projectie op
is . Dan zijn de lijnstukken
en even lang.
Dus de rechthoekige driehoeken en
hebben twee zijden hetzelfde, zijn dus congruent.
Dus de hoeken en
zijn even groot.
De somvector van twee vectoren van gelijke lengte deelt de hoek tussen die vectoren middendoor.
Want een diagonaal in een ruit is symmetrieas van de ruit.
Gegeven de punten , en .
Een cirkel raakt de lijnen en . Het middelpunt van de cirkel ligt op de lijn
.
Gevraagd worden de coördinaten van het middelpunt.
We noemen het middelpunt . Dan ligt even ver van de lijnen
en
, dus op een bissectrice van die twee lijnen.
De lengte van
is en de lengte van is .
De vector is veelvoud van en even lang als .
Dus de vector is richtingsvector van
een van de bissectrices van de lijnen en
.
De bissectrices van de lijnen en
hebben pv:
en de lijn door
daar loodrecht op:
, dus
of .
Gegeven is het punt . Een cirkel met straal raakt de -as en lijn .
Bereken de coördinaten van het middelpunt van die cirkel exact. Er zijn vier mogelijkheden.
Gegeven zijn de punten ,
en
.
We zoeken het middelpunt van een zo groot mogelijke cirkel die nog in driehoek past, de zogenaamde ingeschreven cirkel van driehoek .Het middelpunt ligt op het snijpunt van de bissectrices van de driehoek.
Geef pv's of vergelijkingen van de bissectrices van twee van de hoeken van driehoek .
Bereken de coördinaten van het snijpunt van de twee bissectrices.
Geef een vergelijking van de ingeschreven cirkel van driehoek .
Hieronder staat de cirkel met middelpunt en straal .
De cirkel raakt de -as.
Welk punt is het raakpunt ?
Er zijn twee raaklijnen door . Een daarvan is de
-as.
De andere raaklijn is ook getekend. Die raakt de cirkel in . Die raaklijn hebben we met een discriminant bepaald in
opgave 36. In deze opgave doen we dat anders.
In welke lijn kun je spiegelen om te krijgen?
Bereken de coördinaten van exact.
Een bal wordt in een paraboolvormige vaas gegooid. Hieronder rechts zie je een doorsnede van de situatie. Er is een assenstelsel aangebracht. De parabool heeft vergelijking . Het middelpunt van de bal is .
Bereken de straal van de cirkel (bal) exact. (De cirkel raakt dus de parabool.)
Gegeven zijn de cirkel met middelpunt en straal en de cirkel met middelpunt en straal .
Een lijn raakt de kleine cirkel in en de grote cirkel in .
Deze lijn snijdt de -as in
.
De lengte van lijnstuk noemen we
.
Stel een vergelijking voor op en bereken exact.
Hoek noemen we .
Bereken en exact.
Geef een exacte vergelijking van lijn .
Gegeven zijn de punten , , en .
Laat langs algebraïsche weg zien dat
het middelpunt van de omgeschreven
cirkel van driehoek is.
Wat is de straal van die cirkel?
is het punt .
Het punt ligt op lijnstuk
zó, dat
en
evenwijdig zijn.
Wat zijn exact de coördinaten van ?
Wat is de straal van de omgeschreven cirkel van driehoek exact?
Gegeven is een cirkel met middelpunt . Het punt ligt op de cirkel.
Geef langs algebraïsche weg een vergelijking van de raaklijn in aan de cirkel.
Het punt ligt op de 'bovenkant' van de cirkel. Die bovenkant is de grafiek van een functie.
Een formule bij die functie is:
.
Ga dat na.
In de analyse heb je geleerd hoe je de raaklijn aan de grafiek van een functie kunt vinden met differentiëren.
Doe dit bij de functie in het punt . Vind je hetzelfde resultaat als in onderdeel a?