Spiegelen
1
a

( 2, 3 ) , ( 2,3 ) , ( 2,3 ) , ( a , b )

b

( a , b ) , ( b , a ) , ( b , a ) , ( a , b )

Het folium van Descartes
2
a

-

b

Klopt.

c

x ( 1 t ) = 3 1 t 1 + ( 1 t ) 3 t 3 t 3 = 3 t 2 t 3 + 1 = y ( t ) . Hier volgt ook uit dat y ( 1 t ) = x ( t ) .

d

Dat betekent dat hij symmetrisch is in de lijn y = x .

3
a

x = 3 y x 1 + ( y x ) 3 x + y 3 x 2 = 3 y x . Beide kanten met x 2 vermenigvuldigen geeft het resultaat.

b

Als ( a , b ) aan de vergelijking voldoet, dan ook ( b , a ) , dus de figuur is symmetrisch in de lijn y = x .

Vergelijkingen aanpassen
4
a

( 97,1002 ) terugschuiven naar de eerste figuur, dus over ( 3 2 ) , dit geeft het punt ( 100,1000 ) . Dit punt voldoet aan de vergelijking van de eerste figuur.

b

x = x oud 3 , y = y oud + 2 , dus y oud = y 2 en x oud = y + 3 .

c

( y 2 ) 2 = ( x + 3 ) 3

d

-

e

( y + 1 ) 2 = ( x 3 ) 3

5
a

Vergelijking van de cirkel met middelpunt O en straal r is: x 2 + y 2 = r 2 . Als je x vervangt door x a en y door y b , krijg je de vergelijking ( x a ) 2 + ( y b ) 2 = r 2 , dat is een vergelijking van de cirkel met middelpunt ( a , b ) en straal r . Klopt.

b

Je krijgt de vergelijking y b = ( x a ) 2 oftewel y = ( x a ) 2 + b , dat is een parabool met top ( a , b ) .

6
a

2 x + 3 y = 13

b

Bij verschuiven over ( ‐4 4 ) komt ( 3,1 ) in ( 1,5 ) , dus schuift k naar m .

c

2 ( x + 4 ) + 3 ( y 4 ) = 9 2 x + 3 y = 13 , klopt.

7
a

x ( t ) = x ( t ) en y ( t ) = y ( t ) .

b

Zeg je bent op tijdstip t in ( a , b ) , dan ben je op t in ( a , b ) . Dus als ( a , b ) op de baan, dan ook ( a , b ) .
De baan is symmetrisch in de x -as.

c

y 2 = 4 9 t 6 5 1 3 t 4 + 16 t 2 = 4 9 x 3 5 1 3 x 2 + 16 x

d

Als ( a , b ) aan de vergelijking voldoet, dan ook ( a , b ) , want ( b ) 2 = b 2 .

e

In de lijn y = x . Het punt ( a , b ) heeft dan als beeld ( b , a ) . Je krijgt dus de vergelijking ( x ) 2 = 4 9 ( y ) 3 5 1 3 ( y ) 2 + 16 y , dus
x 2 = 4 9 y 3 5 1 3 y 2 16 y .

f

Laat ( x , y ) een punt van de kromme in figuur 3 zijn en ( x oud , y oud ) zijn origineel, dan geldt: x = 1 3 x oud en y = y oud , dus x oud = 3 x en dus geldt:
y 2 = 4 9 ( 3 x ) 3 5 1 3 ( 3 x ) 2 + 16 3 x , dus een vergelijking is: y 2 = 12 x 3 48 x 2 + 48 x .

8
a

Als ( a , b ) aan de vergelijking voldoet, dan ook ( b , a ) , dus als ( a , b ) op de ellips ligt, dan ook ( b , a ) .

b

Stel de figuur wordt verschoven over ( a a ) , dan wordt de vergelijking:
( x a ) 2 ( x a ) ( y a ) + ( y a ) 2 + 3 ( x a ) + 3 ( y a ) = 4 .
( ‐3,0 ) moet aan deze vergelijking voldoen.
Dit leidt tot de vergelijking a 2 3 a 4 = 0 , dus a = 4 of a = ‐1 .
Dus verschuiven over ( 1 1 ) of ( 4 4 ) .

Cirkels en parabolen vermenigvuldigen
9
a

x 2 + ( 2 y ) 2 = 20

b

Met de x -as: y = 0 x = ± 2 5 , dus de snijpunten zijn: ( ± 2 5 ,0 ) .
Met de y -as: x = 0 y = ± 5 , dus de snijpunten zijn: ( 0, ± 5 ) .

10
a

-

b

y = 2 ( x 1 1 2 ) 2 + 1 2

c

Over ( 1 1 2 1 2 ) .

11

Dit punt heeft origineel ( 2,4 ) op de cirkel met middelpunt O ( 0,0 ) . Een vergelijking van de raaklijn aan de cirkel in dat punt is: x + 2 y = 10 .
Deze lijn vermenigvuldigen we met factor 1 2 ten opzichte van de x -as. Je krijgt dan de lijn met vergelijking x + 4 y = 10 .

12
a

( cos ( t ) ,2 sin ( t ) )

b

Verticaal met factor 2 .

c

x 2 + ( 1 2 y ) 2 = 1 4 x 2 + y 2 = 4

13
a

Verticaal vermenigvuldigen met 1 3 .

b

Zie figuur op de volgende bladzijde.

c

Dat zijn de lijnen x 4 = 0 en 3 y + 3 = 0 .

d

x 4 = 0 ( 3 y + 3 ) 2 = 9 y = 0  of  y = 2 , dus de verticale as heeft lengte  2 .
3 y + 3 = 0 ( x 4 ) 2 = 9 x = 1  of  x = 7 , dus de horizontale as heeft lengte 6 .
Of: als je verticaal vermenigvuldigt, blijft de lengte van horizontale as de diameter van de cirkel, dus 6 en de lengte van de verticale as wordt 1 3 6 = 2 .

figuur bij opgave 45
14

( x 3 10 ) 2 + ( y 5 2 ) 2 = 1 en ( x 3 2 ) 2 + ( y 5 10 ) 2 = 1

15

Je krijgt de vergelijking p y = ( p x ) 2 en die is te vereenvoudigen tot de vergelijking y = p x 2 .