Er geldt: en , dus als op de baan ligt, dan ook . Ze worden namelijk op tegengestelde tijdstippen bereikt.
Stel dat één van de punten op tijdstip bereikt wordt, dan
, dus
of
.
Dus de afstand is of
.
,
,
,
.
De -as is horizontale asymptoot.
De -coördinaat kwadrateren geeft:
.
Vul hier voor en je vindt:
.
De inhoud is .
Op twee verschillende tijdstippen is het kogeltje in hetzelfde punt. Gezien de eerste coördinaat, zijn die tijdstippen tegengesteld, noem ze en . Dan . Dus . Het kogeltje is dan in .
De snelheidsvector op tijdstip is: , dus op
: en op
: .
Noem de gevraagde hoek , dan
,
dus
.
en
,
dus
en
of
.
In de figuur zie je dat het maximum is.
De maximale waarde wordt bereikt als lijn de cirkel waarover beweegt aan de'bovenkant' raakt. Dan is hoek recht, dus , dus de hellingshoek is en de maximale waarde is .
Snijpunt met de -as:
of
, dus
.
De snelheidsvector op tijdstip is:
, dus op
:
.
De grootte van de snelheid is dan: .
, dus
.
, dus
.
Op is het punt in en de snelheidsvector op dat tijdstip is de nulvector. Deze heeft geen richting.
Uit de bewegingsvergelijking voor volgt: .
Dit invullen in de bewegingsvergelijking voor geeft:
.
, dus de helling van beide takken in is .
, , .
Uit het vorige onderdeel volgt dat voor de tak van die naar 'rechtsboven' gaat: , dus de lijn met vergelijking is scheve asymptoot.
,
Als , dan
.
Dit geeft de asymptoot .
en , dus de baansnelheid .
, dus minimaal als .
; als minimaal is dan en dat is voor .
De snelheidsvector is en de versnellingsvector .
De baansnelheid is en de baanversnelling is .
De snelheidsvector is en de versnellingsvector is .
De baansnelheid en de baanversnelling .
Het tijdstip waarop in is noemen we
, dan
en , dus
.
Dan en
.
In de snijpunten en
met de
-as, maakt de scherpste bocht, dus daar is de baansnelheid minimaal (denk ik), dus
de baanversnelling .
In de snijpunten en
met de
-as, maakt de flauwste bocht, dus daar is de baansnelheid maximaal,
dus de baanversnelling .
De snelheidsvector , dus .
De baanversnelling is . Als maximaal of minimaal is, dan is .
is maximaal als , dus in de snijpunten met de
-as.
is minimaal als dus in de snijpunten met de
-as.
.
De baansnelheid noemen we , dan
, dus de baanversnelling is
.
Verder: en
, dus
en
.
Dus
.
In de top van een kogelbaan is de snelheidsvector horizontaal en de valversnelling verticaal, dus hun inproduct is .
In opgave 71 geldt: en
. Dus
.
In opgave 72 geldt:
en
, dus
.
, dus
de baansnelheid .
Dus .
Dan bestaat niet, want dan .
Zie figuur 1.
de snelheidsvector waarmee
beweegt en de snelheidsvector waarmee
om draait.
De resultante is . Omdat
en
lengte
hebben, horizontaal gericht is en
loodrecht op staat, maakt
een hoek van
met .
Dus is evenwijdig met lijn
, waarbij
de top van de rolcirkel is, zie figuur 2. De versnellingsvector is
, dus de baanversnelling is
lengte van de projectie van op lijn
. Die is , want
driehoek is een
---graden driehoek
met schuine zijde .
Teken de grafiek van op de GR. Daaruit blijkt dat de grafiek een sprong maakt op die momenten van naar .